De werkgever zorgt dat de werkneemster veilig en gezond kan werken. Als de werkzaamheden risico's met zich meebrengen, dan kan het werk of de werktijden worden aangepast. In het uiterste geval krijgt de werkneemster tijdelijk ander werk aangeboden of wordt vrijgesteld van werken.
Lukt het de werkneemster niet om het werk volledig uit te voeren, dan heeft zij, na bevestiging van de (bedrijfs)arts, recht op:
- regelmatige werk- en rusttijden
- extra pauzes (maximaal 1/8 deel van de werktijd)
- een geschikte, afsluitbare ruimte om te kunnen rusten (met bed of rustbank)
- geen verplichting tot overwerk en nachtdiensten
- zwangerschapsonderzoek in werktijd
Deze regels (behalve de onderzoeken) gelden tot zes maanden na de bevalling.
Borstvoeding tijdens het werk
Werkneemster kan in werktijd borstvoeding geven of kolven totdat het kind negen maanden is. Werkneemster mag hiervoor maximaal een kwart van haar werktijd gebruiken. Werkgever stelt een geschikte, afsluitbare ruimte beschikbaar voor het voeden of kolven.